Collegialiteit, kwetsbaarheid, vasthoudendheid: deze zijn de ingrediënten van de nieuwe cocktail die Wooshing Machine heeft gebrouwen. Ma l'amor mio non muore (Maar mijn liefde sterft niet) is de epiloog van de 'Memory-trilogie’, die in 2015 begon met het onvergetelijke Happy Hour. Het huidige stuk bulkt op zijn beurt van literaire, cinematografische, historische en volkse verwijzingen. En uiteraard muzikale referenties: de dramaturgie volgt hier gewillig de eclectische paden van de soundtrack.
Men zwaait mekaar lof toe, en soms wat meer. Het trio, vaak getooid met pruiken en veren, negeert plichtsbewust conventies. Toch blijft de discipline, terwijl de leeftijd zacht voorbijglijdt. Onhandigheid en pijn dansen mee. Vriendschap en humor als speerpunten, het verstrijken van de tijd als boetseerklei, de drie koppige lichamen als voorsteven van deze sloep, gehavend door de strijd, hoop, wonden en geestdrift van de bemanning.
Concept : Alessandro Bernardeschi / Chorégraphie, écriture et interprétation : Carlotta Sagna, Alessandro Bernardeschi, Mauro Paccagnella / Assistant à la chorégraphie : Lisa Gunstone / Lumières et régie : Simon Stenmans / Vidéo : Stéphane Broc / Son : Eric Ronsse / Costumes : Fabienne Damiean / Dramaturgie musicale : Alessandro Bernardeschi
Production : Wooshing Machine / Coproduction : Charleroi danse, Théâtre National Wallonie-Bruxelles, Les Brigittines / Accueil Studio : Studio Etangs Noirs, Studio Thor, Charleroi danse, Les Brigittines / Soutien : Fédération Wallonie-Bruxelles